Vannacht hebben we weer geslapen op een Park4Night plek, een
hele mooie plek bij een meer en een vogelkijkhut. Vanmorgen waren we op tijd
wakker en hebben we op een camping in de buurt even ons chemisch toilet
geleegd. Toen zijn we nog even bij de vogelhut gaan kijken, waar we een flinke
groep kramsvogels zagen. Altijd leuk!
We waren redelijk op tijd in Rovaniemi (de weg was gelukkig
weer verhard) en wilden even kijken waar we ons vandaag en morgen moesten
melden voor de excursies. Dat was midden in de stad en daar kon je met de
camper lastig komen. Dus even gebeld of ze ons niet konden komen halen op de
camping en dat was geen probleem. Ook weer opgelost.
Om 16 uur werden we opgehaald voor de Moose Safari. Een
knappe Franse student die dit als bijbaantje had, bracht ons naar het eland-gebied
waar onze gids woont. Leuk nog even wat Frans gepraat dus. Onderweg stopten we
om even te kijken bij het zeearendennest. Het nest was helaas onbezet. Het vermoeden
was dat het mannetje en het jong een week na het vrouwtje ook naar Afrika was
gevlogen om te overwinteren. We waren echt in de middle of nowhere en even
flitste door mijn hoofd dat als de knappe Fransoos slechte bedoelingen had, niemand
ons daar in dat bos zou vinden, en we waarschijnlijk een lekkere snack voor de
wolven zouden worden. En dat het laatste wat we gezien hadden, een leeg arendsnest
was geweest.
Maar gelukkig gebeurde dat niet en werden we netjes afgeleverd
bij onze gids. Deze was op zijn beurt net klaar met een andere excursie met een
quad en stapte net uit de auto. Zijn buik kwam onder zijn shirt vandaan en zijn
bouwvakkersdecolleté was niet te missen. Nooit een 2e kans voor een
1e indruk dacht ik nog (of hoe zei die ene boer uit BzV het ook
alweer?!). Maar goed, veel tijd om daarbij stil te staan was er niet, want we
moesten instappen en als het kon een beetje snel, want we moesten ook nog langs
zijn hotel/camping voor een snack, want die was bij de prijs inbegrepen. Met 90
km/uur scheurde hij over de onverharde wegen met zijwegen in een gebied waar
rendieren, vossen, en rendieren lopen. Ik checkte nog even mijn veiligheidsgordel
en constateerde dat geen van de stoelen nog een hoofdsteun had. Ik constateerde
ook dat de gids geen gordel om had en even schoot het door me heen dat een
botsing met een rendier niet persé een van de onderwerpen was van mijn recente
BHV cursus. De basis is echter hetzelfde: hulpdiensten inschakelen en eerst je
eigen veiligheid, dan die van anderen, en dan die van het slachtoffer want die
is toch al gewond. De snacks waren goed verzorgd maar glutenvrij was niet
helemaal doorgekomen (of helemaal niet), dus ik hield het bij een drankje en
was blij dat ik al even een goede uitsmijter had gegeten om 15 uur en ik nog
een reepje bij me had. Hij liet ons nog even al zijn opgezette wilde dieren
zien en na de snack en een sanitaire stop gingen we op pad.
We hadden nog ca. 1 uur daglicht, dus gespannen met de camera
op schoot gingen we op zoek. Met het 4x4 busje scheurden we over de onverharde
wegen, en gingen we paden in die ik niet eens wegen zou willen noemen. Om daar
waar we echt niet verder konden zonder vast te komen zitten maar weer te keren,
terwijl takken en stronken langs de lak van de auto schuurden. De gids was een norse
man van weinig woorden met maar 1 doel: elanden spotten. Hij legde wel vooraf
uit dat het de laatste excursie van het jaar was, omdat het elandenspotseizoen
wel zo’n beetje over was. De beste tijd is augustus en als we niets zien, dan
krijgen we de helft van ons geld terug. Toen we rond 19:45 uur niet voldoende
licht meer hadden, ruimde ik mijn camera vast op: ik had er eerlijk gezegd ook een beetje een
hard hoofd in gekregen. We zagen wel een spierwit baby rendiertje met zijn
moeder, maar dat was het ook. Maar ondanks een aantal diepe zuchten en wat
zenuwachtig gewrijf door zijn vettige haar, gaf de gids niet op: de verwarming
ging op de hoogste stand, het raam ging open en de schijnwerper kwam erbij.
Edwin zei nog dat voor ons de kachel niet zo hoog hoefde, maar dat werd
afgedaan met een kort “ssssst!” (want elanden houden niet van pratende mensen).
Met 1 hand aan het stuur en een met de schijnwerper naar buiten schijnend
gingen we verder op zoek naar de eland. Ondertussen scheet ik achterin peuken,
want ik was als de dood dat we met z’n allen in de schijnwerper naar een eland
zaten te speuren in de berm en dat we er een over het hoofd zouden zien die
midden op de weg stond. En hij had al eerder verteld dat hij al 3x een ongeluk
had gehad met een rendier (en nog steeds geen gordel om..?). Daarnaast durfde
ik na de duidelijke “ssssst!” eigenlijk helemaal niets meer te zeggen, dus wat moest
ik dan doen als ik wel een eland zag in de schijnwerper (of op de weg)? Edwin
maakte zich ondertussen ongerust dat ik achterin de auto met al dat gehobbel en
gedraai inmiddels kotsmisselijk zou zijn, maar die durfde ook niets meer te
zeggen.
In het laatste half uurtje zagen we uiteindelijk een
vrouwtjeseland in het licht van de schijnwerper. 5 seconden, langer niet. Verder
zagen we nog een laplanduil, die was wel heel erg gaaf. Ergens in het bos op een kruispunt stond de
Fransoos weer op ons te wachten en konden we weer overstappen in het andere busje
en werden we weer veilig afgeleverd op de camping.
foto helaas niet van mezelf, maar van Wikipedia af gehaald
Nu, met een lekker koud biertje, moet de ervaring nog even
landen. Hier zullen we het nog vaak over hebben denk ik, want het was weer een
bijzondere ervaring.
Zo maar naar bed, want morgen in de ochtend hebben we een
quad tour geboekt en moeten we in de middag nog even op bezoek bij de kerstman.